De Gemeente Hoorn is ambitieus als het gaat om duurzaamheid

Als grootste gemeente van Westfriesland heeft de gemeente Hoorn er geen problemen mee om haar nek uit te steken. Ook of misschien wel juist op het gebied van duurzaamheid. Zo lopen er diverse projecten voor particulieren en ondernemers en zoekt ze ook samenwerkingen binnen de regio als het gaat om energie infrastructuur. Maar Charlotte Bakker, programmamanager Duurzaam, gelooft vooral in de samenwerking met inwoners en met name ondernemers. Zéker als het gaat om de bedrijventerreinen.

‘De Gemeente Hoorn is qua duurzaamheid relatief ambitieus. We willen Klimaatneutraal zijn in 2040, waarmee we tien jaar voorop lopen met wat het Rijk beoogt. Om daar naartoe te bewegen, doen we van alles. Momenteel werken we aan een warmtenet in de Kersenboogerd en ligt er een blauwdruk voor een wijkuitvoeringsplan om hele wijken van het aardgas af te halen. Duurzame opwek is lastiger te realiseren als gemeente, maar we zijn wel bezig met het verkennen van de mogelijkheden voor windenergie én we zijn binnen de regio actief als het gaat om energie-infra. En dan is er de energievoorziening die onder druk staat door de netcongestie, waar we ons natuurlijk ook actief mee bezig houden.’

Duurzame bedrijventerreinen in ontwikkeling

‘Hoorn heeft een aantal bedrijventerreinen die allemaal op hun eigen manier bezig zijn met duurzaamheid. Er is niet echt een graadmeter voor wanneer een terrein duurzaam is. Hoorn80 heeft de afgelopen jaren stappen gemaakt met duurzame opwek en voor dat terrein is er de ambitie om in 2025 energieneutraal te zijn. De Gildeweg wordt gerevitaliseerd, waarbij duurzaamheid ook een belangrijk onderdeel is. Op Westfrisia wordt gewerkt aan een eigen energiecoöperatie om stroom te delen en op Zevenhuis zijn de nieuwe panden zoveel mogelijk energieneutraal. Het is belangrijk om elkaar te helpen in dit traject. Om ook duidelijk te maken wat er mogelijk is en wat moet. Het is vaak niet duidelijk waar je nou moet beginnen, als ondernemer zijnde. Je wilt dat ondernemers hun ding kunnen blijven doen, terwijl we elkaar helpen van fossiele energiebronnen af te komen. Om dit te realiseren werken we samen met Ontwikkelingsbedrijf Noord-Holland Noord en het Duurzaam Ondernemersloket.’

In gesprek blijven met ondernemers

‘De belangrijkste stap die we kunnen zetten is als gemeente in gesprek te blijven met ondernemers. Dat doen we ook vanuit de Pilots die we in Westfriesland doen op bedrijventerreinen, samen met het Ontwikkelingsbedrijf en het Loket. We moeten onderzoeken wat we van elkaar nodig hebben en samen kijken wat er mogelijk is. Vanuit het warmtevraagstuk, het netcongestievraagstuk, energieopslag, etcetera. Er liggen echt wel kansen waarvoor we samen op moeten trekken. Zéker op Hoorn80 zijn mogelijkheden die andere bedrijventerreinen niet hebben. Als gemeente zijn we echt aan het kijken wat wij kunnen doen en waar we organisaties als het Loket in kunnen zetten om de ondernemers te adviseren en te helpen.’

De samenwerking opzoeken

‘Er is best wat wantrouwen richting de overheid. Wetten en regels worden steeds veranderd en ondernemers zitten daar niet op te wachten. Voor ondernemers is de gemeente ook zo’n beperkende factor. Ergens is dat ook wel gezond, want wij bewaken de kaders. Maar we willen ook zoveel mogelijk de samenwerking opzoeken met de ondernemers. Een goede samenwerking kost tijd. Er moet vertrouwen zijn en wederzijds begrip. Goede advisering is belangrijk, zeker bij een complex onderwerp als duurzaamheid. Ze willen weten wat ze moeten doen en hoe ze dat kunnen doen. Als overheid zijn we niet adviserend, maar kunnen we wel zorgen dat er iemand is die dat wel kan doen. Anders is dit onderwerp gewoon te overweldigend, zéker voor MKB’ers die geen eigen afdeling voor dit soort zaken hebben. Als gemeente kunnen we zorgen voor het collectief. Mensen met elkaar verbinden. Ondernemers willen vaak best wel, maar iemand moet de leiding nemen. Zo kunnen we samen vooruitgang realiseren als het gaat op duurzaamheid, voordat de situatie uiteindelijk zo wordt dat wetten en regels mensen gaan dwingen. Bij duurzaamheid is het geen kwestie van of, maar van wanneer en hoe.’