image.png

Explainer: Waarom netuitbreiding zo lang duurt (en waarom dat niet ‘even’ sneller kan)

Netcongestie is voor veel ondernemers inmiddels dagelijkse realiteit. Uitbreiden lukt niet, elektrificatie loopt vast en nieuwe aansluitingen laten op zich wachten. De logische vraag die dan volgt: waarom duurt het uitbreiden van het elektriciteitsnet zo lang? En minstens zo vaak: kan dat niet gewoon sneller?

Het korte antwoord is nee. Niet omdat netbeheerders niet willen, maar omdat netuitbreiding een complex en langdurig proces is. In dit artikel leggen we uit welke stappen daarbij komen kijken en waarom versnellen niet zo eenvoudig is als het soms lijkt.

Het stroomnet is een keten, geen losse kabel

Het elektriciteitsnet bestaat uit meerdere lagen die allemaal met elkaar verbonden zijn. Het hoogspanningsnet wordt beheerd door TenneT, het regionale middenspannings- en laagspanningsnet door netbeheerders, in ons geval Liander. Een probleem op één niveau werkt direct door op de rest van het netwerk.

Dat betekent dat extra capaciteit bij een bedrijf pas mogelijk is als er op álle niveaus ruimte is. Een zwaardere aansluiting bij een bedrijf heeft geen zin als het onderstation of het hoogspanningsnet die extra stroom niet kan verwerken. Netuitbreiding vraagt daarom om afstemming tussen meerdere partijen en gelijktijdige investeringen op verschillende plekken.

Vergunningen: meer dan een formaliteit

Voor de aanleg of uitbreiding van elektriciteitsinfrastructuur zijn veel vergunningen nodig. Denk aan omgevingsvergunningen, ruimtelijke procedures en milieutoetsen. Daarbij horen vaste wettelijke stappen, inspraakmomenten en mogelijkheden voor bezwaar en beroep. Vooral bezwaarprocedures kosten heel veel tijd. Je ziet het veel in het nieuws de laatste tijd. Niemand wil die hoogspanningsmasten in zijn achtertuin.

Zelfs als iedereen meewerkt en er geen tegenstand is, kosten deze procedures tijd. Die regels zijn er niet voor niets: ze zorgen voor zorgvuldige afwegingen, veiligheid en rechtsbescherming. Maar ze maken het proces ook onvermijdelijk traag.

Ruimte en grond: niet overal plek

Nieuwe transformatorstations, schakelstations en kabeltracés vragen fysieke ruimte. Die ruimte is schaars, zeker in dichtbebouwde gebieden of in het buitengebied waar ook landbouw, natuur en wonen een rol spelen.

Grond moet beschikbaar zijn, aangekocht of geruild worden en passen binnen bestemmingsplannen. Soms is er simpelweg geen geschikte plek in de buurt, waardoor alternatieven gezocht moeten worden. Dat vraagt opnieuw onderzoek, overleg en besluitvorming.

Stikstof en natuurregels

Ook netuitbreiding loopt tegen stikstof- en natuurregels aan. Tijdens de bouw van stations en het graven van kabeltracés komt tijdelijk stikstof vrij. In gebieden waar de stikstofruimte beperkt is, kan dat betekenen dat extra onderzoeken nodig zijn of dat projecten moeten worden aangepast. Gelukkig zijn en worden regels rondom stikstof voor hoogspanning tracés aangepast. Toch zorgt ook dit voor vertraging, zelfs bij infrastructuur die juist nodig is voor de energietransitie. Het is een spanningsveld dat op veel plekken in Nederland speelt.

Lange levertijden voor materiaal en techniek

Transformatoren, schakelaars en andere netcomponenten zijn geen standaardproducten die op voorraad liggen. Veel onderdelen hebben lange levertijden en worden wereldwijd geproduceerd. Door de sterke groei van netuitbreiding in heel Europa is de vraag groter dan het aanbod. En dan hebben we het niet over druk door politieke spanningen.

Netbeheerders bestellen deze onderdelen jaren vooruit, maar blijven afhankelijk van internationale productieketens. Dat maakt het tempo lastig te versnellen.

Tekort aan vakmensen

Naast materiaal is ook personeel een beperkende factor. Netuitbreiding vraagt om gespecialiseerde engineers, monteurs en technici. Die zijn schaars en moeilijk op korte termijn op te leiden.

Opleiden kost tijd, terwijl de vraag naar netcapaciteit sneller groeit dan het aantal beschikbare vakmensen. Ook dit remt het tempo van uitbreiding.

De rolverdeling tussen TenneT en Liander

TenneT en regionale netbeheerders hebben elk hun eigen verantwoordelijkheden. TenneT beheert het landelijke hoogspanningsnet, Liander het regionale distributienet. Voor uitbreiding is vaak actie nodig aan beide kanten.

Als één schakel achterloopt, kan de andere niet door. Die afhankelijkheid maakt planning complex en vraagt om nauwe samenwerking. Het is geen kwestie van één partij die “even” iets kan regelen.

Waarom versnellen niet eenvoudig is

Netuitbreiding vertraagt niet door één oorzaak, maar door een combinatie van techniek, regelgeving, ruimte, materiaal en mensen. Veel stappen zijn wettelijk vastgelegd en kunnen niet zomaar worden overgeslagen. Daarbij staat veiligheid altijd voorop: het stroomnet moet betrouwbaar blijven, ook tijdens verbouwingen.

Versnellen is soms mogelijk, maar nooit onbeperkt en nooit zonder consequenties. Daarom blijft netuitbreiding een proces van jaren, niet van maanden.

Wat betekent dit voor ondernemers?

Voor ondernemers betekent dit vooral dat netuitbreiding geen korte-termijnoplossing is. Extra capaciteit komt er wel, maar vaak pas over meerdere jaren. Dat maakt duidelijk waarom er steeds meer aandacht is voor andere oplossingen, zoals slimmer gebruik van het net, flexibiliteit en samenwerking op bedrijventerreinen.

Netuitbreiding is noodzakelijk en onmisbaar, maar geen wondermiddel. Begrip van de achterliggende complexiteit helpt om realistische verwachtingen te houden en beter te begrijpen waarom de energietransitie soms wringt met de praktijk. En dat betekent dat we zelf ook aan de slag moeten.

Duurzame inspiratie